Een komisch cynisch verhaal over familieverhoudingen in het interbellum. Gaston is sinds zijn terugkeer uit WO I zijn geheugen kwijt. Na achttien jaar zoeken naar zijn familie blijven er vijf mogelijke families over. Wanneer hij in zijn waarschijnlijk echte familie terecht komt, verneemt hij van zijn familieleden wat een etter hij vroeger was. Beetje bij beetje komt hij te weten dat hij een wreedaard, vrouwenloper, echtbreker, fraudeur en mishandelaar was. Hij walgt zo van wie hij ooit geweest is dat hij definitief die familie afzweert en zegt te behoren tot een familie waarin iedereen- op een klein jongetje na- dood is. Stuk in typische Anouilh stijl: absurde situaties, maatschappijkritisch, rijk aan woorden , spot met de bourgeoisie, cynische ondertoon , een onderdrukte glimlach, lichtvoetig en amusant.
© Op&doek. - Jrg. (2011) nr.5, p.14
Jean Anouilh
Dubois Lieven, Magnus Dierk (assistentie)
Vanhaecke Rogier (Gaston), Van Laethem Fons (Georges Renaud), Tresignie Coleta (Mevrouw Renaud), Kestemont Hilde (Valentine), Peetroons Jozefa (hertogin Dupont-Dufort), Dekegel Josse (meester Huspar, advocaat), Uvin Johan (het jongetje), Cornelis Jan (meester Pickwick, advocaat), Chevrolet Mark (chef huisknecht), Devaddere Jef (chauffeur), Van Zeebroeck Ludo (huisknecht), Larivière Nelly (keukenmeid), Magnus Dami (Juliette)
Magnus Guido (licht), De Turck Paul (licht), Magnus Hugo (geluid)
Dubois Lieven (ontwerp), Magnus Guido, Walravens Pierre, Magnus Dierk, Hofmans Jean-Paul
Desmet Rita (grime), Van Dooren Denise (grime)